De Nederlandse huizenmarkt raakt steeds meer in de knel, signaleert makelaarsclub NVM donderdag. Prijzen stijgen als een dolle, terwijl het aanbod afneemt.
Daardoor wordt het voor consumenten steeds moeilijker om aan een enigszins betaalbare koopwoning te komen, stelt NVM-voorzitter Ger Jaarsma.
In het eerste kwartaal van 2018 steeg de prijs voor een gemiddelde koopwoning met 9,7 procent vergeleken met dezelfde periode een jaar eerder. Ten opzichte van het slotkwartaal van vorig jaar klommen huizenprijzen gemiddeld 1,9 procent.
De krapte op de huizenmarkt is inmiddels zo groot dat NVM-makelaars in het eerste kwartaal 5.000 minder woningen hebben verkocht dan een jaar eerder.
De daling van het aantal verkopen is vooral zichtbaar in de goedkopere prijsklassen. “Dat deel van de markt is snel aan het opdrogen”, aldus Jaarsma.
Huizenprijs per regio
Maar natuurlijk zijn er nog wel grote regionale verschillen. Op de huizenmarkt geldt immers: locatie, locatie, locatie.
In onderstaande infographic kun je zien hoe het met de gemiddelde prijsontwikkeling in jouw regio is gesteld.
Vooral in de grote steden gaat het hard met de prijsstijgingen. Daarbij valt op dat Den Haag en Rotterdam harder omhoog gaan dan Amsterdam, waar de afgelopen jaren sprake was van een huizenbubbel.
Den Haag spant de kroon met een plus van 24,5 procent. “De vraag in de regio Den Haag is het afgelopen jaar hard gestegen, terwijl het aanbod bij lange na niet voldoende is om aan de vraag te voldoen”, zegt Jaarsma.
Veel Amsterdammers wijken volgens de NVM uit naar Den Haag. Ook komen NVM-makelaars in de hofstad steeds meer expats tegen bij bezichtigingen. In centraal gelegen buurten gaat het soms wel om 40 tot 50 procent van de bezichtigers.
Ook Rotterdam is booming met een toename van 15 procent. In Amsterdam en Utrecht stegen de huizenprijzen met respectievelijk 11,6 en 12,8 procent in het eerste kwartaal.
Vergeleken met het slotkwartaal van 2017 is in sommige gebieden overigens wel sprake van afvlakking of zelfs lichte dalingen van de gemiddelde huizenprijs. In Amsterdam lagen huizenprijzen bijvoorbeeld 3 procent lager vergeleken het voorgaande kwartaal.
Particuliere beleggers verstoren de markt
Jaarsma wijst op de rol van particuliere beleggers, die steeds vaker woningen kopen en daarmee de markt verstoren. In Rotterdam, Den Haag en Amsterdam wordt 1 op de 5 woningen verkocht aan een particuliere belegger. In studentensteden als Groningen en Maastricht zelfs respectievelijk 1 op de 4 en bijna 1 op de 3.
"Particuliere beleggers kopen vooral kleine en goedkope woningen en verdringen daarmee in toenemende mate koopstarters van de koopwoningmarkt", aldus de NVM-voorzitter.
De opgekochte woningen worden vaak verhuurd. Op zich een goede ontwikkeling, want er is in grote steden ook een tekort aan huurwoningen in het middensegment. Maar het aanbod van betaalbare koopwoningen neemt daardoor nog verder af.
Jaarsma wil ingrijpende maatregelen om de woningmarkt weer gezond te maken. "Daar zit een belangrijke rol voor alle partijen: overheden, bouwers en projectontwikkelaars en NVM-makelaars en -taxateurs. Of het nu gaat om bestaande bouw, nieuwbouw, huurwoningen of om de transformatie van commercieel en agrarisch vastgoed."
